Barcode Architects, HUB Architects, ingenieursbureau ABT en landschapsarchitect Karres en Brands gaan als ‘Consortium PvJ’ aan de slag met de duurzame verbouwing van het Paleis van Justitie Den Haag. Het nieuwe Paleis nodigt uit en stelt de bezoeker gerust, het gebouwensemble functioneert optimaal voor de gebruikers en toont zich zichtbaar en transparant naar stad en samenleving. Door hergebruik van materialen en inbreng van architectonische en technische innovaties ontstaat een eigentijds gebouwcomplex; gezond, functioneel, ecologisch en maatschappelijk inclusief.
Leidend thema in het ontwerp en de procesaanpak is het ‘Nieuwe Bouwen’. Bouwen met ‘dat wat voorhanden is’ om zo CO2-emissies en maatschappelijke levensduurkosten te minimaliseren en gezondheid, functionaliteit en flexibiliteit te maximaliseren. Het Rijksvastgoedbedrijf wil in 2030 het vastgoedbeheer en de aanbestedingen geheel circulair uitvoeren en voor de gehele vastgoedvoorraad in 2050. Binnen die ambitie past deze grootschalige en complexe vernieuwbouw van het Paleis van Justitie.
Stedelijke inpassing Paleis van Justitie
Een uitdagende en complexe opgave was het bestaande gebouwcomplex opnieuw in te passen in de context en het Paleis van Justitie te adresseren in de stad. Het consortium herstelt in zijn ontwerp de oorspronkelijke alzijdigheid van Sevenhuijsen voor de P1 laagbouw. Dit bouwdeel wordt losgeknipt van de uitbreiding van de jaren negentig (de hoogbouw P2). Zo worden de afzonderlijke bouwdelen herkenbaar. Vervolgens voegt het ontwerp aan de verschillende stedelijke zijden iets toe. Zowel P1 (de laagbouw van Sevenhuijsen) als P2 (de jaren negentig toren van Van Vught) krijgen een entree van allure aan het vernieuwde voorplein aan de Prins Clauslaan.
Dit voorplein is ontworpen in zorgvuldige samenhang met gebouwen en omgeving en speelt in op de verschillende dynamieken van gebruik. Door het plein onderdeel te maken van het entreegebied ontstaat een wisselwerking tussen gebouw en landschap. Het schept ruimte voor verblijf en rust, om te wachten, ontmoeten of te werken.
De zware voet van P2 wordt vervangen door twee ranke kolommen. Deze ingreep verbetert het zicht op de entrees en maakt de publieke ruimte groter en gastvrijer.
Door het gebouw aan de Theresiastraat iets terug te leggen ontstaat een welkome verbreding in het straatprofiel. Deze verbrede ruimte laat toe om het gebouw hier mooi in te passen en ruimte te maken om de bomenrij van de Theresiastraat door te zetten. Kleur en biodiversiteit keert hierdoor in de straat terug. Aan de Juliana van Stolberglaan blijft het originele concept van het Paleis het meest intact. De ingreep beperkt zich hier tot het terugsnoeien van het groen, zodat het gebouw zichtbaar wordt vanuit de drukke stadsader.
Een ensemble van onafhankelijke delen
In het ontwerp voor de gevels is ernaar gestreefd de missie van de rechtspraak te weerspiegelen: herkenbaar en representatief zijn, orde en structuur met een gezaghebbend karakter. het consortium heeft zich als doel gesteld om met maximaal hergebruik van de gevelmaterialen een vernieuwd en eigentijds gebouw te realiseren.
De drie gebouwen zijn vormgegeven als een ensemble, met ruimte voor verscheidenheid. De functies zijn immers verschillend. Op ooghoogte zijn P1 en P2 open en transparant, de plinten zijn duidelijk familie van elkaar. De maatvoering van de plint van P2 sluit aan op het sterke ritme van de vrijstaande kolommen van P1. De karakteristieke houten kozijnen komen in beide gebouwen terug op de begane grond. Zo ontstaat er, juist op ooghoogte, een sterk samenhangend geheel.
P1-laagbouw
Het monolithische gebouwontwerp van bouwdeel P1 toont een heldere volume-opbouw van een uitnodigende plint met daarop een laag kantoren en twee publieke lagen. De kopeinden van de inwendige circulatie straten zijn, net als in het oorspronkelijke ontwerp, volledig grote open vensters. De organisatorische opzet van het gebouw is hierdoor in de buitengevel af te lezen. Tegelijkertijd krijgen de gebruikers vanuit het gebouw een genereus zicht op de omgeving.
De bijzondere kwaliteit en uitstraling van de gevel komt tot uitdrukking op verdieping 2 en 3. De grijze graniet elementen worden volledig hergebruikt. De elementen worden deels uitgezaagd, hierachter worden verdiepingshoge glazen elementen geplaatst. Zo ontstaat een dynamisch samenspel van de zware natuurstenen gevel in contrast met veel kleine, vierkante openingen. Het vormt voor de gebruikers een caleidoscopisch uitzicht op Den Haag en tegelijkertijd een dynamisch dag- en zonlichtspel binnen.
P2-hoogbouw
De grillige vorm van de toren is aangepast zodat het hoogbouwvolume P2 onderdeel wordt van het ensemble. Dit geeft de gewenste rust in de uitstraling en maakt de toren tot integraal onderdeel van het geheel. Vervolgens heeft het consortium het volume een heldere opbouw gegeven: een massieve laagbouw met een open plint, een herkenbaar hoogbouwvolume en een zelfstandig, herkenbare kroon. Zowel de natuursteen als het glas van de gevel wordt opnieuw ingezet. Door het natuursteen een gestraalde afwerking te geven, oogt deze grijzer, wat de verbinding met P1 versterkt.
Mens en natuur in het centrum van het ontwerp
Het ontwerp is gebaseerd op de visie ‘mens en natuur in het centrum van het ontwerp’. Dit betekent een open gebouw, waar groen van buiten naar binnen loopt, waar het klimaat alleen daar strikt geregeld wordt waar nodig. Een gebouw waar je veel contact hebt met elkaar, de omgeving en de natuur, niet alleen visueel, maar met alle andere zintuigen. Een gebouw dat minder materiaal en energie gebruikt en waar een positieve bijdrage aan biodiversiteit zorgt voor een gezonder werkklimaat voor de gebruiker en een verlaging van de hittestress voor de stad.
Hergebruik van waardevolle interieurelementen
Vanuit de ontwerpvisie brengen de betrokken partijen de natuurlijke kwaliteiten van het exterieur maximaal door naar het interieur. Daglicht en groen zorgen voor rust en oriëntatie. Het materialenpalet binnen bestaat zoveel mogelijk uit een mix van enerzijds hergebruikte bestaande materialen en anderzijds nieuwe biobased materialen, die tactiel en ‘aanraakbaar’ zijn. Een samenhangend en fris palet, dat verder werkt op de waardevolle elementen van het historische interieur.
Op het dak van de laagbouw voegen ze een koppelstuk toe, een nieuwe rondgang die alles met elkaar in relatie brengt. Het versterkt de gebruikswaarde voor de bewonersdoor het realiseren van een korte, heldere route van de kantoren in de hoogbouw P1 en P2 naar de rechtszalen en functies in de laagbouw.
Deze ingreep is bovendien een sprekend voorbeeld van de ambitie ‘mens en natuur in het centrum van het ontwerp’. Het koppelstuk is ontworpen als een door zuilengalerijen omgeven buitenruimte. Het dakvlak van de laagbouw wordt daarmee binnen de grootstedelijke context met veel wind en inkijk bruikbaar op een veilige en beschutte manier. Ze realiseren een heel bijzondere ontmoetingsruimte voor de bewoners op het dak en waarborgen ook voor de planten een gunstig klimaat, zodat een uitbundige, groene daktuin tot wasdom komt.