Bedrijfsverzamelgebouw Jin Jersey staat vlakbij de Woonboulevard Utrecht, een bedrijfspand uit 1962 dat oorspronkelijk een jersey- en tricotagefabriek huisvestte. Jin Jersey wordt geëxploiteerd door Stadstuin Utrecht, dat op verschillende plekken in de stad kantoorruimtes en flexwerkplekken verhuurt.
Voor de transformatie van de voormalige fabriek werden Paul Noordijk en Mark Mutsaers gevraagd, die elkaar kennen uit de tijd dat ze samen bij StrandNL en Strand West in Utrecht werkten. Noordijk volgde de Hogeschool van de Kunsten Utrecht, richting interieurarchitectuur en meubelontwerp, en Mutsaers deed HTS-bouwkunde. Maar, stelt Noordijk: “Ik heb inmiddels ook de nodige bouwkundige kennis en ervaring, en Mark is een esthetische techneut. En de kruisbestuiving tussen interieur, exterieur, architectuur en losse inrichting vinden we allebei zeer interessant.” Het interieur van Jin Jersey werd ontworpen in opdracht van projectontwikkelaar MidNed. “En de maat was dusdanig groot dat we onze expertises ook voor dit project aan elkaar hebben geknoopt.”
Noordijk en Mutsaers delen ook hun kantoor in Jin Jersey, de oorspronkelijke naam van de fabriek die ze voor het bedrijfsverzamelgebouw nieuw leven hebben ingeblazen. “Die vonden we erg goed passen bij de gewenste uitstraling”, aldus Mutsaers.
Belinda Menthol
In de oude situatie was er een aaneenschakeling van lange gangen met kleine ruimtes en kwam je binnen in een donker hok. Anderzijds is er een enorm aantal hoge sheddaken met industriële lichtstraten – essentieel voor het werk dat er werd verricht – die zelfs in het hart van het gebouw voor volop daglicht zorgen. De grootste en meest imposante ruimte was dichtgebouwd en bevond helemaal achterin. Mutsaers: “Je moest eerst langs alle kantoren om hier te komen; daarom hebben we de ingang verplaatst zodat je hier nu meteen binnenloopt.” De hoge en lichte ruimte heet nu het ‘plein’ en wordt door alle huurders van Jin Jersey gebruikt voor onder meer lunchen en ontmoeten.
De werktitel voor Jin Jersey was Miami Vibes – en ook die past uitstekend bij de uitstraling van het gebouw – door het gebruik van verschillende energieke, tropische kleuren die doen denken aan het Miami Beach van de jaren zestig. Die kleuren zijn niet alleen te vinden op de wanden en plafonds, maar ook in onder meer de parasolletjes en het buitenmeubilair. “Een beetje dat goedkope jaren tachtig-gevoel, maar zonder dat het een karikatuur wordt”, zegt Noordijk. Het jaren zestig-karakter van het pand – met onder meer geglazuurde tegels en gele bakstenen – was daarbij een bron van inspiratie. Mutsaers: “Het is een jaren zestig-pand en daar wilden we qua concept wat mee doen, maar dan moet je niet in de valkuil stappen van een industrieel interieur met veel zwart en staal.” Het ‘goedkope’ gevoel is tot in detail en steeds met een knipoog doorgevoerd, zelfs in de bakken met kunstplanten, “met dat ouderwetse witte grind waarin je vroeger je Belinda Menthol uitdrukte”, stelt Noordijk.
Mutsaers: “Om te zorgen dat het interieur met de plastic stoelen niet een te goedkope uitstraling zou krijgen, hebben we die gemixt met zorgvuldig bij elkaar gezocht tweedehands designmeubliair. Deze items van bijvoorbeeld Gelderland, Moooi en Muuto passen goed in het concept en geven daarmee het totaalbeeld een kwaliteitsimpuls. De ronde tafels wilden we graag in de kleur van de stoelen en hebben we daarom door de aannemer laten maken.”
Puzzel
Het kleurgebruik heeft niet alleen een decoratieve functie, “het is ook een goede tool om te onderstrepen wat je qua structuur al hebt ingezet”, stelt Noordijk. “Waar we nieuwe ingrepen deden, hebben we die steeds één kleur gegeven.” Zo zijn niet alleen de wanden en plafonds gekleurd, maar ook de leidingen, stopcontacten, schakelaars en deurklinken – en is er bij alle kleuren ook rust in het gebouw. Tegelijkertijd zijn zo verschillende zones ontstaan. “Je hebt nu mensen die zeggen ‘ik zit in de roze zone en die geeft mij heel veel energie’ en dat werkt heel goed. En doordat alles een kleur heeft, kun je het werkplekmeubilair weer lekker saai grijs houden. Bovendien is kleur toevoegen een relatief voordelige ingreep, het moet toch worden geschilderd. Maar, hoe gemakkelijk het er ook uitziet, het was een enorme puzzel.”
Ook de buitenruimte voor het pand werd aangepakt, waarbij binnen en buiten in elkaar overlopen: bij de ingang ligt bijvoorbeeld kunstgras, dat als een schoonloopzone binnen wordt voortgezet. Mutsaers: “We hebben in samenwerking met een tuinarchitect ook meegedacht over de groenstrook voor Jin Jersey. Daar staan nu bonte planten die passen bij het de sfeer binnen.”
Mutsaers en Noordijk werkten al vaker samen met de projectontwikkelaar van Jin Jersey, en die had het volste vertrouwen in hen. Mutsaers: “We kregen direct een carte blanche en dat was een belangrijke basis van het project.” De transformatie van Jin Jersey is tijdelijk: na zo’n acht à tien jaar worden er nieuwe plannen voor deze plek gemaakt. Noordijk: “Daarom waren de budgetten ook relatief beperkt en moesten we ‘low key’ te werk gaan. Door slim om te gaan met deze beperkingen en vooral in te zetten op een aansprekend beeld is dat volgens ons goed gelukt.”
Urban chic
Kleuren – maar dan op een heel andere manier – spelen ook de hoofdrol in een ander project van Noordijk en Mutsaers: kapsalon Essensuals Hairdressing aan ‘De Fred’ – de Frederik Hendriklaan in Den Haag. Essensuals is een nieuwe lijn van kapsalonketen Tony & Guy, bedoeld voor het hele gezin, en de opdrachtgever wilden voor deze pilotzaak een interieur waarin zowel vrouwen, mannen als kinderen zich welkom voelen. Noordijk: “Het moest zeer laagdrempelig en toegankelijk zijn. Mensen worden er bijvoorbeeld niet ontvangen aan een balie, maar kunnen zelf hun koffie pakken of er even werken terwijl ze wachten. Minder high end dan Tony & Guy ook, maar wel van hoge kwaliteit.” Een uitdaging was daarbij de locatie: “De Frederik Hendriklaan ligt in een wat behoudende, kouwekakbuurt”, weet Mutsaers, “en de kapsalon die er voorheen zat was een klassieke chique oude damessalon, met droogkappen, kroonluchters en veel nepgoud, echt nouveau riche.” Daarmee moest radicaal gebroken worden. De specifieke infrastructuur van de vorige kapsalon kon wél voor een groot gedeelte overgenomen worden.
Noordijk en Mutsaers gingen op zoek naar de essentie en de identiteit van het nieuwe merk, en ontwikkelden in samenwerking met de opdrachtgever een concept aan de hand van sleutelwoorden als ‘vrolijk’ en ‘urban chic’. Daarnaast moesten de nieuwe salons professionaliteit en ‘cleanheid’ uitstralen.
Graffiti
Het ‘urban’ werd vertaald in graffiti, waarvoor de Haagse graffiti artists van Mistikvistik werden gevraagd, “local heroes die ook workshops geven aan onder meer straatjongeren”, aldus Noordijk. De artiesten hadden in principe de vrije hand, wel bepaalden Noordijk en Mutsaers de kleuren die mochten worden gebruikt en zorgden ze voor een gele achtergrond, zodat dit de overheersende kleur bleef. Net als op een echte graffitiwand mogen de klanten hun eigen ‘tag’ achterlaten, wat vooral jonge bezoekers aanspreekt. Mutsaers: “Die bepalen zelf wel naar welke kapper ze gaan, en zo krijgen ze ook hun ouders mee.”
De graffiti bedekt één kant van de zaak, aan de andere kant – en daarvan ragfijn gescheiden – werd alles wit gemaakt, wat staat voor de cleanheid en professionaliteit. Dit levert een strak, bijna surrealistisch contrast op. De zwarte kappersstoelen die er nog stonden werden eveneens in wit bekleed en ook de spiegels zijn wit. Noordijk: “Je ziet jezelf altijd met graffiti op de achtergrond in de stoel, en de spiegels lijken net schilderijen.”
Mark Mutsaers: ‘Beeld en concept zijn belangrijk’
Er is dus geen balie, in plaats daarvan ontwierpen Noordijk en Mutsaers een groot ‘blok’, met daarin onder meer de kassa en een koffiemachine. Noordijk: “Een soort kookeiland en daardoor een lekker informeel gebaar, waar mensen omheen kunnen lopen, koffie pakken of werken. Het maakt ook duidelijk dat je je vrij door de ruimte mag bewegen bij Essensuals.” Wit en graffiti komen ten slotte ook terug in de luifel, zodat je buiten al een voorproefje krijgt van wat er binnen gebeurt. Ook het logo – Essensuals in graffitipatroon – werd door Noordijk en Mutsaers bedacht en daarmee meegenomen in het totaalconcept.
Net als bij Jin Jersey was het budget voor Essensuals beperkt en moest bijvoorbeeld ook de linoleumvloer worden hergebruikt. Maar ook hier slaagden Noordijk en Noordijk er in met relatief weinig middelen en eenvoudige ingrepen een sterk beeld en een aansprekend concept neer te zetten, met kleur in de hoofdrol. Mark Mutsaers: “Beeld en concept zijn bij ons heel belangrijk in een interieur. Vaak wordt er te architectonisch naar een ontwerp gekeken en is alles op detailniveau prachtig, maar het resultaat toch een voorspelbaar en ietwat saai geheel. Wij proberen er in onze projecten voor te zorgen dat beide in balans zijn en er een spanning ontstaat, zodat mensen die binnenkomen denken ‘zo, hier is wel even iets gebeurt’.”
www.paulnoordijk.nl
www.markmutsaers.com
(Tekst: Rutger van Oldenbeek – fotografie: Jan Buteijn)
LEGENDA
Opdrachtgever Jin Jersey MidNed Projectontwikkeling
Interieurontwerp Paul Noordijk en Mark Mutsaers
Losse meubelen Moooi, Gelderland, Muuto, Nardi, Hay, Made, Fatboy, Sedus
Verlichting Made, Philips
Vloeren Wurks
Schilder Dillema Vastgoedonderhoud
Aannemer en interieurbouw Kleijer bouwtechniek
Oppervlakte Jin Jersey circa 3000 m²
Opdrachtgever Essensuals Toni & Guy
Interieurontwerp Paul Noordijk en Mark Mutsaers
Aannemer en interieurbouw Kleijer bouwtechniek
Oppervlakte Essensuals circa 150 m²
De website Pi-online biedt actualiteit voor professionals uit de architectuur- en interieurbranche. De rubriek Projecten biedt beschrijvingen van onlangs gerealiseerde gebouwontwerpen.