Stadswinkel: eigentijds huis van de stad

Stadswinkel: eigentijds huis van de stad

Voor de Stadswinkel van de gemeente Tilburg transformeerde Common Affairs een anoniem jaren 80 gebouw in een warme en uitnodigende plek, waarin duurzaamheid een hoofdrol speelt.

Stadswinkel: eigentijds huis van de stad

TEKST Rutger van Oldenbeek
FOTOGRAFIE Arjen Veldt

Stadswinkel: eigentijds huis van de stad

De Stadswinkel is een van de eerste circulair en biobased getransformeerde kantoren in Nederland. Het gebouw is zo ontworpen dat al het mogelijke is hergebruikt en ook in de toekomst weer hergebruikt kan worden. Alle nieuw toegepaste materialen en producten zijn gerecycled of van hernieuwbare grondstoffen gemaakt.

Stadswinkel: eigentijds huis van de stad

Moloch

Het gebouw uit de jaren 80 is ontworpen door architect Dré Storimans in samenwerking met het Heerlense Bureau AGS en huisvestte de openbare bibliotheek en een aantal gemeente-diensten, waaronder de sociale dienst. Het was niet bepaald het meest geliefde gebouw van de stad: een anonieme, beige en gesloten moloch, met donker glas, smalle gangetjes en gesloten kamertjes.

Stadswinkel: eigentijds huis van de stad

Common Affairs kreeg in 2014 de opdracht voor de transformatie, naast die voor het eerder opgeleverde interieur van het stadhuis. In 2018 formuleerde de gemeente Tilburg hoge ambities op het gebied van circulariteit en duurzaamheid voor haar eigen huisvesting. “Halverwege het ontwerpproces besloot de gemeente om behalve voor circulair ook voor biobased te gaan”, vertelt architect-partner Jos van Eldonk van Common Affairs. “Ook hadden we aanvankelijk alleen de opdracht om het interieur te renoveren en zou het exterieur alleen wat worden opgeknapt. Maar later kregen we de opdracht het hele gebouw ingrijpend te renoveren, en dat moest eveneens circulair en biobased worden.” Voor Common Affairs betekende dit een zoektocht naar wat circulair en biobased precies inhoudt: “Er bestaan wel wat labels, maar er zijn weinig keurmerken, en je moet steeds kunnen bewijzen dat de materialen aan de eisen voldoen.”

Stadswinkel: eigentijds huis van de stad

Voor het meetbaar maken van de circulariteit van gebouwen is wel de ‘Circulariteitsprestatie van Gebouwen’ (CPG) ontwikkeld. Met dit beoordelingsinstrument is het project getoetst aan de vijf circulaire strategieën: benut het beschikbare, gebruik hernieuwbaar, minimaliseer milieu impact, creëer voorwaarden voor een lange cyclus en creëer voorwaarden voor toekomstige cycli. De gerenoveerde Stadswinkel scoort hoog, met een totaalscore van 8,7 op een schaal van 1 tot 10.

Stadswinkel: eigentijds huis van de stad

Kroon

Het gebouw werd tot op betonnen skelet gesloopt, en voorzien van een nieuwe, hoogwaardig geïsoleerde gevel die vrijwel geheel van voorvergrijsd Fraké hout is. De 90.000 geschroefde latten van verschillende dikte, geven het gebouw een ruwe schorsachtige schil en accentueren het natuurlijke van het hout, en weet Van Eldonk, “het hout wordt nog grijzer.”

Stadswinkel: eigentijds huis van de stad

In contrast met de gevel zijn de houten kozijnen en vliesgevels blank gelakt. De transformatie is zo uitgevoerd dat alles weer volledig te demonteren is: kitten en purren waren verboden. Op het gebouw maakte Common Affairs een kroonvormige houten kap. Hierdoor konden de installaties op een nette manier worden geïntegreerd en de zonnepanelen in een ideale hoek worden plaatsen. De ‘houten kroon’ geeft het gebouw bovendien een vriendelijker karakter, en maakt er een eigentijds huis van de stad van.

Stadswinkel: eigentijds huis van de stad

De belangrijkste ingreep binnen betreft het centrale atrium, waar nieuwe ‘infinity’ panorama-liften in een zwart frame de oorspronkelijke liften aan de zijkant vervangen. Daarnaast werden in dit atrium sculpturale open trappen tussen de hogergelegen verdiepingen aangebracht. Aan weerszijden van het centrale atrium werden twee bestaande atria open gemaakt tot op de begane grond, die nu volop daglicht geven in het diepe en voorheen gesloten gebouw. De atria, liften trappen maken het gebouw licht en uitnodigend en accentueren de dynamiek van de organisatie.

Ook in het interieur speelt hout – immers een biobased materiaal – een belangrijke rol. Zo zijn de trappen in het atrium volledig van eikenhout en zijn de ronde spreekkamers in de publiekshal bekleed met houten latten. Hout is daarnaast ingezet om het gebouw op belangrijke plekken extra warmte en sfeer te geven.

Nieuwe naam Stadswinkel

Na de transformatie kreeg het gebouw de nieuwe naam Stadswinkel en zijn vrijwel alle gemeentelijke diensten er gevestigd. Van Eldonk: “Het was een doorschuifoperatie van verschillende instanties. De bibliotheek verhuisde bijvoorbeeld naar de LocHal, en de voorheen in zes gebouwen gehuisveste gemeentediensten zitten nu hier of in het stadhuis.” Inwoners en bedrijven kunnen in de Stadswinkel terecht voor diensten, producten en informatie van de gemeente, zoals een geboorteaangifte of het ophalen van een nieuw rijbewijs, maar ook voor schuldsanering of bouwvergunningen. Alle diensten zitten op de begane grond, op de verdiepingen zijn werkplekken voor medewerkers van de gemeente.

De begane grond is geheel publiek toegankelijk. Er is geen balie, maar je wordt ontvangen door hosts, en als je geen afspraak hebt kun je een nummertje trekken. “Het ontvangstconcept was geen sprong in het diepe”, zegt Van Eldonk, “in het satellietkantoor en de tijdelijke huisvesting is het al uitgeprobeerd en zo heeft de gemeente kunnen leren en verbeteren.” In de publiekshal zijn direct na de entree verschillende soorten spreekkamers en -tafels, voor verschillende soorten afspraken – sommige geheel open, andere meer privé of geheel gesloten, en een aantal met vluchtroute voor de medewerkers. De overlegplekken zijn veelal rond – van tafels die open in de ruimte staan tot tafels met eromheen een halfhoge wand en gesloten spreekkamers. Boven de tafels hangen grote ronde lampen, “om ze te accentueren en zodat je je niet verloren voelt in de grote ruimte”, zegt Van Eldonk. De plekken worden daarnaast gemarkeerd door kleurrijke tapijtzones, die liggen in een biobased zandkleurige kurk-linoleum gietvloer. Deze vloer is in alle open ruimtes in het gebouw toegepast, net als het plafond van gerecycled PET-vilt. Dat is aangebracht in ‘latten’ van verschillende dieptes en hoogtes. Van Eldonk: “We wilden een ‘wild plafond’, en het lijkt ook een beetje op de buitengevel.” De bestaande kolommen in de publieksruimte werden gelaten zoals ze waren, “die mochten er doorleefd uitzien.” In de vide boven de publiekshal komt nog een kunstwerk – het is een Tilburgse traditie om kunst in openbare gebouwen te plaatsen.

Warme uitstraling

Via het centrale atrium kom je in het grote werkrestaurant achterin het gebouw, de plek voor informeel overleg met externen. Dat is in principe ook openbaar, “maar de Tilburgers komen hier nog niet echt”, weet Van Eldonk, “er is toch een barrière.” In het restaurant is een grote uitgiftebalie en er zijn tal van zitmogelijkheden – van tafels met stoelen tot werkcoupés in de wanden en gesloten ronde ruimtes in dezelfde vormgeving als die in de publiekshal. Achterin het restaurant is een aantal grote vergaderruimtes, met glazen scheidingswanden die zorgen voor transparantie en uitzicht op de straat achter het gebouw. De houten meubelen en de zachte kleuren van de stoffering en de wanden zorgen samen met de zandkleurige vloer voor een warme uitstraling. “Ook alle meubelen en materialen zijn zoveel mogelijk circulair en biobased”, zegt Van Eldonk. “Zo hebben we veel inlands hout gebruikt.” Alle meubelen zijn losmaakbaar gemaakt met mechanische bevestigingen. Voor de kasten is als basismateriaal circulair ECOboard in plaats van regulier MDF of spaanplaat gebruikt.

Uitgekiend kleurverloop

Waar de begane grond geheel open is, zijn de werkplekken op de verdiepingen juist extra beveiligd. Door de eenpersoons beveiligingspoortjes is een sterke beveiligingsschil gecreëerd, om meelopen en ongewenst bezoek te voorkomen. Dat heeft echter niet geleid tot een gesloten structuur: door de vides staan de werkplekken op de verdiepingen in open verbinding met de publiekshal. De gebieden rond het open middenatrium zijn wat drukker en hier zijn ontmoetingsplekken gemaakt.

Die zijn huiselijk, kleurrijk en informeel ingericht, om zo spontane en informele ontmoetingen te stimuleren. Er staan verschillende soorten zitjes, ook weer op kleden in verschillende kleuren, met per verdieping een uitgekiend kleurverloop dat vooral vanuit het atrium mooi te zien is.

Rond deze ontmoetingszone is een werkomgeving gecreëerd die verbinding, samenwerking, openheid en creativiteit stimuleert, en die is gebaseerd op activiteit en resultaat. Niemand heeft vaste werkplek, wel zijn er ‘domeinen’ voor de werkzaamheden van een of meerdere afdelingen. Er is een afwisseling van open en gesloten werkplekken met daartussen overlegruimtes, langs het atrium zijn gesloten concentratiewerkplekken (de ‘focusruimtes’). Op de werkvloeren liggen tapijttegels van Desso die zijn gemaakt van gerecyclede visnetten. De gesloten werkruimtes hebben een aluminium akoestisch klimaatplafond, daarnaast hangen op verschillende plekken akoestische wolvilten Plectere schermen van Petra Vonk.

Tilburgs zwart

De wanden van de kern van het gebouw – met daarin onder meer de pantry’s en wc’s – zijn uitgevoerd in zwart, met op een aantal plekken op maat gemaakte kasten. “Zwart is ook de kleur van Tilburg”, stelt Van Eldonk, “hoewel ze het hier niet direct mee eens waren. Maar het door Kraaijvanger Architecten ontworpen stadhuis van Tilburg is eveneens uitgevoerd in zwart, om te contrasteren met het naastgelegen witte paleisje. En nadat het stadhuis in 1972 werd opgeleverd, werden ook elders in de stad tal van zwarte gebouwen neergezet.” In de Stadswinkel contrasteert het zwart eveneens mooi met het wit van de wanden, en met het hout. Ook groen speelt een belangrijke rol in de Stadswinkel. In de werkomgevingen is het groen rustig en ordenend toegepast, in de ontmoetingsgebieden en in het werkrestaurant is het groen manifester aanwezig.

Koningswei

Op het versteende Koningsplein voor de Stadswinkel – nu nog een hitte-eiland in de binnenstad – komt ook nog groen. Ontwerpbureau ZUS (Zones Urbaines Sensibles) heeft een landschapsplan gemaakt voor de vergroening van het openbaar gebied rond de Stadswinkel. Het Koningsplein wordt daarbij getransformeerd tot ‘Koningswei’, de lommerrijke plek die het lang geleden ook was.

Van Eldonk tot slot: “Architect Storimans was nooit blij met zijn eigen gebouw, dat in de crisis was gerealiseerd. ‘Maak er wat van’ zei hij toen ik hem voor de transformatie eens ontmoette.” Dat is Van Eldonk en zijn team zeker gelukt: de Stadswinkel is een uitnodigende, kleurrijke en laagdrempelige plek, waar de Tilburgers graag zullen komen.

Legenda:

Opdrachtgever Gemeente Tilburg
Architect en interieurarchitect Common Affairs
Team Martijn Hassefras, Berend Hoffmann, Jos van Eldonk, Menno Geenen, Jelena Cop, Bengin Dawod, Bas van ‘t Ende, Nicole Sieben, Drasko Turcinovic, Tom Winnubst, Liana Arpinte
Interieur maatwerk Gieskes Interieur
Losse inrichting Gispen; DUM, Vitra, Arper, Muuto, Artifort, Moooi, BuzziSpace, Ahrend, HAY, Kusch+Co, Casala, DeVorm, Moroso, +Halle, Wilkhahn, Creafort, Gispen, Lande
Losse verlichting Foscarini, Muuto, &tradition
Kurk-lino gietvloer Duracryl
Vloerbedekking Desso | Tarkett
Vilten plafonds en wanden Janse Afbouw
Plafonds werkplekken Inteco
Sanitair o.a. Geberit
Glazen binnenwanden Qbiq
Houten trappen atrium Eestairs
‘Infinity’ panorama liften Schindler
Daklandschap MTD landschapsarchitecten
Adviseur installaties W+E, bouwfysica, brandveiligheid Nelissen ingenieursbureau
Adviseur constructie IMd raadgevende ingenieurs
Adviseur bouwkosten Schrevens’ bouwkosten advies-buro
Adviseur duurzaamheid, circulariteit, GPR en CPG W/E adviseurs
Adviseur circulariteit Alba Concepts
HSB elementen en buitenkozijnen WEBO
Houten vliesgevel Woodteq
Brandwerende vliesgevels JM van Delft
Houten dakelementen Noviton Prefab
Houten gevelbekleding Saambouw
Hoofdaannemer BINX Smartility
Oppervlakte 18.321 m2 BVO