Casper Schwarz Architects ontwierp voor het nieuwe kantoor van Wereldhave in voormalig theater De Krakeling een interieur dat in bijna niets doet denken aan een kantoor, maar aanvoelt als een thuis weg van huis. Het theater werd door Kodde Architecten gerestaureerd en getransformeerd met veel respect voor het oorspronkelijke gebouw.
TEKST Rutger van Oldenbeek
FOTOGRAFIE Peter Baas
Het nieuwe kantoor van het van oorsprong Rotterdamse vastgoedbedrijf Wereldhave bevindt zich in voormalig jeugdtheater De Krakeling, dat in 2020 naar het Amsterdamse Westerpark verhuisde. De geschiedenis van het pand aan de Nieuwe Passeerdersstraat gaat echter veel verder terug: het werd in 1887 in Neo-Hollandse Renaissancestijl gebouwd als turnzaal voor stadskinderen, naar ontwerp van de architecten Jonas Ingenohl en Karel Muller in opdracht van de Maatschappij voor Turngebouwen in Amsterdam. Vanaf 1978 was de turnzaal de thuisbasis van de Krakeling, dat in 2020 verhuisde omdat het gebouw begon te verzakken en de fundering moest worden vernieuwd. All Monuments gaf aan Kodde Architecten de opdracht het Turngebouw in volle glorie te herstellen en te verduurzamen. Wereldhave besloot in 2022 het pand te huren en vroeg Casper Schwarz Architects het interieur te ontwerpen.
Middenschip
Kodde Architecten bracht het rijksmonument vrijwel geheel terug in de oorspronkelijke staat, zonder het gebouw essentieel aan te tasten. Alle benodigde kanalen voor de verduurzaming zijn weggewerkt in moderne losstaande toevoegingen, waardoor het gebouw binnen zo open mogelijk is gebleven. In de langwerpige turnzaal plaatste Kodde Architecten een reusachtig meubel met rondom houten lamellen – door het bureau de ‘walvis’ genoemd – waarmee in de hoge ruimte een extra verdieping werd gecreëerd. “Een soort ‘middenschip’”, vertelt Casper Schwarz, “dat de schil van het gebouw niet raakt en het zo volledig respecteert. Het interieur werd ook niet geheel opnieuw geschilderd, zodat je op veel plekken nog de authentieke kleuren kunt zien.”
Het middenschip zou aanvankelijk twee verdiepingen krijgen, maar, zegt Schwarz, “De trekstangen hangen daar zo laag dat je op de bovenste verdieping niet van de ene kant naar de andere kant zou kunnen lopen. Ik heb daarom voorgesteld de tweede verdieping en trap ernaartoe weg te laten, en het dakvlak als akoestisch oppervlak te gebruiken. Hans Kodde vond het uiteindelijk ook een goed idee om dit zo te lossen. Nu heb je bovenop het middenschip een prachtig zicht op het plafond – een van de cadeautjes van het oorspronkelijke interieur.” Om extra ruimte te creëren werd daarnaast op een voormalige binnenplaats een serre toegevoegd, met erachter een klein buitenterras.
Gymvloer
Tijdens de renovatie werden alle in de loop ter tijd aangebrachte verflagen afgeschraapt en kwamen de oorspronkelijke kleuren tevoorschijn, waarbij een mooie groentint de boventoon voert. Die is onder meer gebruikt voor de monumentale balken en fraai gedetailleerde lambriseringen, en voor de balustrades van de overloop – die op de eerste verdieping vrijwel geheel rond de voormalige turnzaal loopt. Vanaf hier heb je prachtig uitzicht op het middenschip en de nieuwe serre. Boven de overloop zie je nog een fries met originele 19e-eeuwse teksten, op de muren werden hier akoestische panelen aangebracht. De latten van de originele gymvloer werden tijdens de bouw één voor één verwijderd, genummerd en opgeborgen, en op aanwijzing van monumentenzorg weer teruggelegd onder het nieuwe isolatiepakket. Eronder werden acht bodembronnen van 180 meter diepte aangebracht, daarnaast liggen alle kanalen van de luchtbehandeling onder de nieuwe betonnen vloer. “En een leuk detail is dat Kodde Architecten ook alle lamellen van het middenschip heeft genummerd”, aldus Schwarz.
Zachtmoedig
Uitgangspunt voor het interieurontwerp van Casper Schwarz Architects was het creëren van harmonie met de reeds bestaande elementen: “We wilden geen extra visuele laag toevoegen, maar meegaan in alle schoonheid die er al was. We hadden te maken met een uitgesproken gebouw met monumentale kleuren, en een groot element in het midden. Daar wilden we als interieurarchitect zo respectvol en zachtmoedig mogelijk mee omgaan, zodat het interieur aan zou voelen als een totaalontwerp. Daarom hebben we met hele lichte kleuren en materialen gewerkt, en met name nuances en structuren in de stoffering van de meubelen aangebracht.”
Het kantoor is vooral één grote ruimte, “En we wilden dat iedereen daarin op elk moment van de dag een eigen plekje zou kunnen vinden”, zegt Schwarz, “of dat nu beschut is of in de openheid.” Het gebouw leent zich uitstekend voor beide soorten werkplekken: in de nisjes bij de ramen zit je meer beschut, richting het middenschip is meer openheid, en in het middenschip zelf zijn eveneens verschillende soorten werk- en overlegplekken, zowel op de begane grond als de verdieping. In het middenschip zijn naast werkplekken ook vergader- en brainstormruimtes, zoals de met glas omhulde ruimte op de verdieping aan de kopse kant – een van de blikvangers in het interieur. De verdieping betreed je via een brede trap, die tevens dienst kan doen als tribune voor presentaties. Op de begane grond steekt een tweetal ruimtes met glazen wanden uit het middenschip.
Habitoor
“Door de indeling was het een beetje passen en meten om de werkplekken erin te krijgen”, vervolgt Schwarz. “We wilden ook geen typisch kantoorinterieur en een ‘kantoorgevoel’ zo veel mogelijk vermijden, en meubelen gebruiken die je ook graag thuis zou hebben. Een bureaustoel is natuurlijk gewoon nodig, maar we hebben geprobeerd er de minst storende compositie van te maken. Ook voor het werkplekmeubilair en de meubelen in de overlegkamers hebben we daarom voor hele lichte, bijna wittinten gekozen, die bijdragen aan het totaalbeeld.” Het gebruik van meubilair dat ook mooi thuis zou passen, sluit aan bij het Habitoor-concept dat Schwarz eerder ontwikkelde – en waarbij een kantoor meer als een thuis voor een organisatie is.
Tegenover de tribunetrap geeft een tweetal dubbele deuren toegang tot de serre, waarin wordt geluncht, vergaderd, geborreld en gepresenteerd. In samenwerking met Kodde Architecten is ook hier gekozen voor een terughoudend kleurgebruik, maar wel voor andere kleuren dan in de rest van het interieur. Schwarz: “We hebben hier niet het groen terug laten komen, maar een duidelijk andere, eigen wereld gecreëerd – met donker hout en donker geschilderde wanden. In de rest van het gebouw gebeurt visueel al zo veel en het zou niet goed zijn dat hier door te zetten. Daarom hebben we het hier rustig en basic gehouden, wat zorgt voor een mooi contrast en rijke doorkijkjes. Daarbij hebben we gekozen voor eenvoudige, maar zeer comfortabele meubelen, zoals stoelen met dikke zitkussens.”
Sprankelen
Casper Schwarz Architects ontwierp ten slotte in samenwerking met Carlo von Meijenfeldt van ERCO ook het lichtplan. “In het oorspronkelijke plan van de ontwikkelaar kwam het monument niet goed tot zijn recht. Ik heb er daarom hard voor gestreden om een lichtplan te maken dat het monument juist zou laten sprankelen, en dat bijdraagt aan het totaalontwerp.” De verlichting accentueert het ritme van de oorspronkelijke bogen, in de nisjes en op de wanden zijn mooie lichtvlakken gecreëerd. Daarbij versterkt de verlichting het gewenste huiselijke gevoel. “Maar ook het lichtniveau op de werkplekken is zeer prettig”, aldus Schwarz.
casperschwarz.com
www.koddearchitecten.nl
Legenda:
Opdrachtgever interieur Wereldhave
Opdrachtgever renovatie All Monuments
Interieurontwerp Casper Schwarz Architects; Elaine Keet, Maartje Moleman, Casper Schwarz
Architect Kodde Architecten; Hans Kodde, Alexander van Rath, Nicole Sieben
Interieurbouw Smeulders Interieurgroep
Losse meubelen Branding Office Furniture; Incradible, Kinnarps, Hem, Norr11, Kettal
Elektrificatie en kabelmanagement De Vos Ergonomics (i.o.v. Branding)
Verlichting ERCO, Carlo von Meijenfeldt; Buzzispace
Vloeren Porcelanosa, Ege
Aannemer GFDeko
Oppervlakte 1200 m2